Vale vleermuis
Voorzien donkere zolders met ruime invliegopeningen en een uitvliegzijde die niet verlicht is op minder dan 5 km van geschikt jachtgebied, onder de vorm van loofbssen met open plekken, een beperkte struiklaag en omgeven door kalkrijke kamgraslanden en glanshaverhooilanden. De realisatie van een gezonde mestbewonende fauna op de graslanden die begraasd worden in de SBZ. Als zomer- en winterverblijfplaatsen kunnen gebouwen (bv. kerkzolders, bunkers of ijskelders) heringericht worden.
Vermits deze SBZ essentieel is voor vale vleermuis is ‘een meldingsplicht bij eventuele verbouwingswerken aan de kerken en/of oude kastelen aangewezen om met de eigenaars (evt. i.s.m. de vleermuizenwerkgroep) tot een akkoord komen omtrent een verbeterde inrichting. Door inrichtingen op meerdere plaatsen te voorzien kan de connectiviteit en weerbaarheid van de populatie vergroten.
Ontwikkeling van geschikt leefgebied in de verschillende deelgebieden.