Dienen ontbossingen, opgenomen in een beheerplan, gecompenseerd te worden? Kunnen eigenaars vrijstelling van herbebossingsplicht krijgen?

Het Bosdecreet omschrijft ‘ontbossing’ als volgt: iedere handeling waardoor het bos geheel of gedeeltelijk verdwijnt en aan de grond een andere bestemming of gebruik wordt gegeven.

Toch bestaat in de praktijk nog verwarring tussen het kappen van bomen in een bos en een ontbossing. Om bomen te kappen voor het beheer van bos is een kapmachtiging of een beheerplan vereist. Een kapping, zoals vergund via een beheerplan, mag nooit tot ontbossing leiden. Daarom wordt een machtiging voor kaalslag (het kappen van alle bomen op een perceel of een deel van het perceel) alleen verleend onder de voorwaarde van herbebossing. In een beheerplan moet voor elke voorziene kaalkap aangegeven zijn wanneer en op welke manier zal worden herbebost.

Ontbossing is dus in principe verboden. Een uitzondering vormen ontbossingen in functie van het realiseren van Europese natuurdoelen, vastgesteld voor een speciale beschermingszone (SBZ) of voor beschermde soorten op grond van het natuurdecreet. Deze moeten niet gecompenseerd worden als daarvoor een goedgekeurd bosbeheerplan, een beheerplan voor een bosreservaat of een beheerplan voor een natuurreservaat (later het natuurbeheerplan) werd opgemaakt. Dat is voorzien in het bosdecreet. Zo wil men de realisatie van de Europese topnatuur vergemakkelijken.