Vragen over Impactscoretool

Kunnen deposities door andere stoffen dan NH3 (NOx, SO2) met de tool berekend worden?

Voorheen kon enkel depositie door NH3 berekend worden. Door de uitbreiding van de tool kunnen ook andere polluenten ingegeven worden, zoals NOx en SO2. Ook kunnen naast vermestende deposities verzurende deposities berekend worden.

Kunnen deposities door andere emissiebronnen dan stallen met de tool berekend worden?

Voorheen kon enkel depositie door stalemissies berekend worden. Door de uitbreiding van de tool kunnen ook andere bronnen ingegeven worden, zoals stookinstallaties en vrije emissiebronnen (bv. een mestdrooginstallatie).

Kan de depositie door polluenten buiten SBZ berekend worden?

Dit kan niet berekend worden met de tool, aangezien deze ontwikkeld is om de depositie ter hoogte van SBZ-H (actuele habitats en voorlopige zoekzones) te bepalen. Hiervoor dient gebruik gemaakt te worden van IMPACT.

Wat houdt de ‘dubbeltelcorrectie’ in?

De impactscoreberekening maakt een koppeling met de depositiekaarten voor vermesting en verzuring voor gans Vlaanderen voor het referentiejaar 2017  berekend met het VLOPS-model 2020 (achtergronddepositie). De berekende projectbijdrage aan de depositie (voorgronddepositie) wordt opgeteld bij de achtergronddepositie. Zo bekomt men de totale vermestende of verzurende depositie waarin zowel de Vlaamse achtergronddepositie als de voorgronddepositie van het project zelf zijn vervat.

Wanneer u zeker weet dat uw vroegere projectbijdrage ook reeds vervat zit in de achtergronddepositie kan u hiervoor compenseren door de dubbeltelcorrectie te gebruiken. Dan wordt tijdens de berekening uw vroegere projectbijdrage eerst van de achtergronddepositie afgetrokken vooraleer de nieuwe (huidige) projectbijdrage er bij op te tellen.

In impactscoretool kan u de dubbeltelcorrectie uitvoeren door gebruik te maken van de geavanceerde ingaven (zie pop-up bij toevoegen van stal/stookinstallatie/vrije emissiebron).

Meer gedetailleerde informatie over de dubbeltelcorrectie vindt u terug in de IMPACT-handleiding.

Wat is VLOPS?

Het VLOPS-model (Vlaamse Operationeel Prioritaire Stoffen-model) is een atmosferisch transport- en dispersiemodel dat op basis van emissiegegevens, gegevens over landgebruik en meteogegevens de luchtkwaliteit en deposities berekent. De Vlaamse emissiegegevens zijn afkomstig van de meest recente cijfers van de Emissie-inventaris Lucht van de VMM. De emissiegegevens voor bronnen buiten Vlaanderen zijn afkomstig van de EMEP- en E-PRTR- (The Pollutant Release and Transfer Register) emissie-inventarissen.

Zijn er richtlijnen voor het invullen van het onderdeel ‘ventilatie’ bij stallen?

Een stal kan één of meerdere ventilatieopeningen bevatten. Ofwel zijn er één of meerdere mechanische ventilatieopeningen en dient u per mechanische ventilatieopening een unieke X en Y coördinaat op te geven. Voor mechanische ventilatieopeningen kan men ook een vereenvoudiging toepassen.

In het geval van natuurlijk geventileerde stal wordt gevraagd om de emissiemassastroom te verdelen over virtuele emissiepunten die per stalgedeelte van ongeveer 25 m worden geplaatst. De afspraken rond ingave van de ventilatieopeningen kunnen geraadpleegd via een bijlage van het richtlijnenboek landbouwdieren.

Wat kan gevonden worden in de GIS-bestanden van de berekening?

De volgende informatie kan teruggevonden worden in de GIS bestanden, die te downloaden zijn via de knop ‘Download shapefiles’:

  • Significantieklasse oftewel impactscore per polluent (sigX (bv: sigNH3)): verhouding van de depositie veroorzaakt door het bedrijf (door een bepaald polluent) en de minimale van toepassing zijnde KDW op deze locatie;
  • Significantieklasse oftewel impactscore voor alle verzurende of vermestende polluenten (sigTM): verhouding van de totale verzurende of vermestende depositie veroorzaakt door het bedrijf en de minimale van toepassing zijnde KDW op deze locatie;
  • Minimum KDW (KDWallmin): minimale van toepassing zijnde KDW op deze locatie. Bij complexen wordt de laagste KDW gehanteerd;
  • Depositie per polluent veroorzaakt door het bedrijf op habitats (depXXX (bv: depNH3)): bedrijfsspecifieke depositie door een bepaalde polluent;
  • Totale verzurende of vermestende depositie veroorzaakt door het bedrijf op habitats (depTM): bedrijfsspecifieke totale verzurende of vermestende depositie;
  • De totale depositie op habitats (totalDep): som achtergronddepositie en depositie veroorzaakt door het bedrijf;
  • De naam van het habitatrichtlijngebied (habName).

De GIS-bestanden zijn bedoeld voor specialisten, zoals de consulenten van een studiebureau die de exploitant kan helpen bij het opmaken van een dossier voor het aanvragen van een vergunning.

Welke versies van de basiskaarten zitten vervat in de tool?

De versies worden vermeld in de tool door de klikken op de knop ‘Toon versies’, rechts bovenaan.

Algemeen gesteld zal de tool steeds werken met de best beschikbare informatie. Deze informatie wordt periodiek geëvalueerd en naargelang de noodzaak geüpdatet. Deze info is de volgende:

  • Emissiefactoren en diercategorieën, conform de bijlage van het richtlijnenboek landbouwdieren
  • Biologische Waarderingskaart
  • IFDM-versie (IFDM maakt deel uit van het VLOPS-IFDM rekenhart)
  • PAS-lijst
  • VLOPS: versie, kaart, kalibratiefactoren en bijtelling (meer uitleg over VLOPS: zie hoger)
  • Voorlopige zoekzonekaart
  • Kritische Depositie Waarden voor vermesting en verzuring

Wat dient te gebeuren indien een bepaalde diercategorie niet voorkomt in de tool?

De diercategorieën die in de tool opgenomen zijn, zijn conform de lijst met geactualiseerde emissiefactoren als bijlage van het Richtlijnenboek Landbouwdieren. Indien bepaalde categorieën ontbreken dient eerst deze bijlage aangepast te worden, vervolgens wordt de geactualiseerde lijst opgenomen in de tool en kan een berekening uitgevoerd worden.

Wat dient te gebeuren indien emissiereducerende technieken niet voorkomen in de tool?

De meest recente lijsten met emissiereducerende maatregelen (AEA-lijst en PAS-lijst) zijn opgenomen in de tool. Indien bepaalde emissiereducerende maatregelen ontbreken dienen eerst de AEA-lijst of de PAS-lijst aangepast te worden, vervolgens worden de geactualiseerde lijsten opgenomen in de tool en kan een berekening uitgevoerd worden.

Wat dient te gebeuren indien een emissiereducerende techniek toegepast wordt, met een hogere reductie dan opgenomen in de tool?

Om hogere emissiereducties te hanteren dan opgenomen in de AEA- en PAS-lijsten dienen deze lijsten eerst aangepast te worden, vervolgens opgenomen te worden in de tool; dan kunnen de hogere emissiereducties toegepast worden.

Wat dient te gebeuren indien een combinatie van emissiereducerende technieken niet voorkomt in de tool?

Alle op dit moment ‘toegelaten’ combinaties van emissiereducerende technieken zijn opgenomen in de tool. Andere combinaties dan deze opgenomen in de tool zijn op dit moment niet officieel goedgekeurd.