Heides en droge graslanden

Deze SBZ is belangrijk (2330 en 4010), zeer belangrijk (4030) en zelfs essentieel (6230_ha en hn) voor de ontwikkeling van verscheidene Europese beschermde heischrale en heidevegetaties. De habitattypes waarvoor deze SBZ belangrijk is, komen slechts beperkt voor (± 1 ha), maar van de droge heide en droge heischrale graslanden komen telkens 10 à 15 ha voor, weliswaar versnipperd en verspreid over verschillende deelgebieden. Ze leveren samen een bijzonder diverse en wat rijkere heidegemeenschap op in deze SBZ. Al deze habitattypes bevinden zich momenteel echter in een gedeeltelijk aangetaste actuele staat van instandhouding. Deze natuurgericht beheerde habitattypes in de heidesfeer mogen geen geïsoleerde eilanden zijn te midden van grote bos- of landbouwcomplexen. Daarom dienen deze types, en dan vooral die waarvoor deze SBZ zeer belangrijk en essentieel is (4030 en 6230), versterkt te worden voor het bereiken van een blijvende goede staat van instandhouding. Deze versterking betekent zowel vergroten (uitbreiden), verbeteren (aangepast beheren) als verbinden (landschapsecologisch optimaliseren) van deze habitattypes. Dit komt ook habitattypische soorten als levendbarende hagedis, sikkelsprinkhaan, mierenleeuw, hazelworm, boompieper en nachtzwaluw ten goede.